Ouderschap

Taalgebruik bij kinderen

“Wacht maar tot ze eenmaal naar school gaan, dan kun je je borst nat maken!” hoor ik ze zeggen wanneer ik naar Ole roep dat hij dit of dat niet mag zeggen. “Ze” zijn andere papa’s en mama’s mét schoolgaande kinderen. Ervaringsdeskundigen op het gebied van taalgebruik bij kinderen; zeg maar straat- en schooltaal. Wij zijn groentjes, met een bijna 4-jarige waarvan het gekste woord dat we zo nu en dan horen “poep” is en waarvan de bijna 2-jarige nog niet heel veel verder komt dan “babbel”. Als we “ze” moeten geloven staat ons nog veel te wachten.

Een paar dagen geleden zitten we aan de ontbijttafel, Ole eet netjes zijn beschuitje op. Als hij de laatste hap hiervan in zijn mond stopt vraagt hij om een rijstwafel, met pindakaas. Ik ben met papa druk in de weer met het doorspreken van afgelopen nacht, Madee was weer enorm aan het draken. Papa smeert het rijstwafeltje met boter en zonder erbij na te denken legt hij het bij Ole op zijn bord. Ons gesprek gaat verder. Tot dat ene moment.

Taalgebruik bij kinderen

“He, er zit potverdomme geen pindakaas op!” gonst het ineens over tafel. En dan is het stil. Papa en ik kijken elkaar aan, grote ogen en schaamrood op de kaken. Tegelijkertijd kijken we naar Ole. Ik zeg meteen “Dat zeggen we hier niet Ole!” en papa roept “Naar de gang jij!” wijzend met zijn hand richting de deur. Heeft Ole inmiddels een lengte van ruim 1 meter, binnen 3 seconden zien we hem krimpen naar zeker de helft. Hij laat de rijstwafel uit zijn handen vallen, buigt zijn hoofd en nog voor hij zijn handjes voor zijn gezicht slaat zien we een gigantische tril-lip. Ik heb meteen spijt van onze uitval, maar we schrikken hier zo van. Iets dergelijks hebben we nog nooit uit zijn mond gehoord! Ik gebaar naar papa dat het even goed is zo, pak Ole zijn handjes en vraag of hij me aan wil kijken. “Ole, waar heb je dat gehoord, dat woord?” “Ik weet het niet!” stamelt hij, bibberend van de schrik. “We zijn niet boos lieverd, we schrikken alleen heel erg. Zoiets zeg jij nooit. Dat is een heel lelijk woord, dat is niet netjes om te zeggen.” “Dat wist ik niet mama! Sorry!” “Het is goed man, zullen we afspreken dat wanneer je een nieuw woord hoort je eerst aan ons vraagt wat het betekent?” “Hij knikt en wil knuffelen. We zeggen allebei nog een keertje sorry en papa smeert pindakaas op zijn rijstwafeltje.

Het “pindakaas-incident” heeft behoorlijke indruk op Ole gemaakt en ik voel me schuldig dat wij zo heftig reageerden. Als hij al naar de gang gaat dan is dat nooit zonder waarschuwing. Het zal in ieder geval wel duidelijk zijn dat we zulke woorden niet van hem willen horen. Als het een dag later tijd is om te lunchen valt Ole midden in een gezellig gesprekje stil.  “Mam, mag ik wel “geloven” zeggen?” Ik kijk hem lachend aan. “Jazeker mag je dat zeggen!” en ik leg hem uit wat het woord betekent. Het kwartje is gevallen. In ieder geval nog voor een maand of 2, tot hij naar school gaat.

*Uitgelichte foto via Shutterstock

Back to top button